Rugby in het zwembad

‘Onderwater-wát’? Bij het horen van ‘onderwaterrugby’ hebben maar weinigen direct een beeld. Topspeler Hedda Døli legt het graag even uit. Haar team behoort tot de beste van de wereld.

Op straat herkent niemand haar. Dat bleek tijdens een uitzending van Norge Rundt, een populair Noors televisieprogramma waarin Noren vertellen over hun  bezigheden. Afgelopen zomer was Hedda Døli (1986) aan de beurt, een van de spelers uit het nationale onderwaterrugbyteam van Noorwegen: in een drukke winkelstraat vroeg de presentator voorbijgangers te raden wie Hedda was. Niemand had het goed.
Onderwaterrugby is dan ook geen sport voor narcisten: alle spelers dragen een snorkelset, terwijl ze diep onder water doelpunten proberen te maken. Publiek aan de kant ziet alleen af en toe wat gespetter van flippers.

Mentale training
Terwijl ze het haar onder een badmuts stopt en haar flippers pakt, knikt Hedda naar het zwembad waar teamgenoten aan het oefenen zijn. ‘Voor een wedstrijd ga ik vaak bij wijze van mentale training eerst een tijdje op de bodem liggen.’ Want ook al speelt ze dan nu al zeven jaar onderwaterrugby, ook voor haar is het ‘niet normaal’ om een tijd zonder lucht te zitten. ‘Tijdens een wedstrijd mag je niet in paniek raken.’ Maar de situatie – proberen een bal in een korf op 4,5 meter diepte te krijgen, terwijl je van alle kanten wordt aangevallen – nodigt daar wel toe uit.
Onderwaterrugby wordt gespeeld met twee teams van elk twaalf personen. Tijdens een wedstrijd zijn er zes teamleden in het water, terwijl de andere zes aan de kant zitten, gereed om te wisselen.
Dat laatste gebeurt veel. Ook al duurt een wedstrijd ‘slechts’ twee keer vijftien minuten, een speler heeft vaak na een paar minuten spelen en tussendoor snel lucht happen, een pauze nodig.

Géén rugby
Eigenlijk is ‘rugby’ een verkeerde typering, zegt Hedda. ‘Onderwaterhandbal’ zou beter zijn geweest: de zware bal, die het midden houdt tussen een tennis- en een voetbal, is rond en niet ei-vormig. De bal wordt bovendien vooral doorgegeven, en niet echt gegooid, voordat ’ie in de korf moet belanden.

korf-comp

Een van de opmerkelijkste verschillen met andere competitiesporten is dat teamgenoten nauwelijks met elkaar kunnen communiceren. ‘Daarom is onderwaterrugby ook moeilijk om te leren. Je kunt een speler niet meteen zeggen wat hij anders moet doen. Je moet eerst wachten tot hij weer boven is.’ Zelf deed ze er ongeveer een jaar over voor ze het spel onder de knie had.
Toch hebben de spelers zo hun trucjes om onder water geluid te maken: ze kloppen bijvoorbeeld met hun vuist tegen de muis van hun hand, toktoktok. Hedda kan ook een raar piepgeluid maken, met haar mond dicht. Zo trekken ze elkaars aandacht.

Wereldtop
Hedda, die in het dagelijks leven onderzoeker is bij de Universiteit van Bergen, traint vier avonden in de week. Ze heeft inmiddels in diverse internationale wedstrijden meegespeeld. De Noorse  onderwaterrugbyteams, één dames- en één herenteam, behoren tot de beste van de wereld, naast Duitsland, Zweden en Colombia.
Vooral de Duitse dames vormen een gewaagde tegenpartij, zegt Hedda. ‘Ze zijn goed. En groot. Ze gaan gewoon op je liggen. Dan kun je geen kant meer op.’
Noorse onderwaterrugbyspelers hebben een eigen manier van spelen, zegt Hedda. ‘We houden de bal vaak met een gestrekte arm vast, dus ver van ons vandaan, en niet, zoals anderen, dichtbij, tegen de borst. Hierdoor kunnen we de bal snel doorgeven, maar het maakt ons natuurlijk ook kwetsbaar.’

trainers2-comp
‘Elk van ons heeft weleens blauwe plekken of een gekneusde vinger,’ zegt Hedda berustend. It’s all in the game. Maar niet alles is geoorloofd. Tegenspelers met je flippers wegtrappen bijvoorbeeld. Maar jezelf verdedigen met je flippers mag weer wel. De grens tussen die twee is niet altijd zo helder. Er wil wel eens iemand ‘uitschieten’.
Om toch iets van orde aan te brengen, kent de sport maar liefst drie scheidsrechters, van wie twee onder water. De hoofdscheidsrechter staat aan de rand van het zwembad. Met gebaren en een hoorn kan die de boel leiden. Eén scheidsrechter heeft een zuurstoffles en staat de hele wedstrijd op de bodem, aan de rand. De derde scheidsrechter zwemt mee met de teams.

‘Je vergeet de rest van de wereld’
Het spel oogt verraderlijk elegant: het water vertraagt de bewegingen van de spelers, die dankzij de flippers extra lang worden. De stilte geeft het geheel bovendien een serene sfeer.
Maar ondertussen trekken spelers aan elkaars benen of armen, duwen ze andermans hoofd dieper onder water of stoten ze elkaar opzij. ‘Het is onvoorspelbaar: je weet nooit wat je tegenstander gaat doen.’ De verplichte gehoorbeschermers zijn geen overbodige luxe, zegt Hedda die in het voorjaar niettemin een gehoorbeschadiging opliep.
Het is het allemaal waard, vindt ze. ‘Als je zwemt, heb je geen tijd om te reflecteren op het leven. Je vergeet de rest van de wereld. Dat is een geweldig gevoel.’

Meer een soort handbal
Noorwegen behoort tot de wereldtop van onderwaterrugby, zowel in de dames- als in de herencompetitie. Hoewel de sport ‘rugby’ heet, heeft het spel meer weg van handbal: spelers moeten (met de hand) doelpunten maken in korven die zich meer dan vier meter onder water bevinden. In de bal zit zout water om hem zwaar te maken; als de bal wordt losgelaten, zinkt-ie direct naar de bodem.

Door Winnifred Jelier